Japanse esdoorn (Acer palmatum) planten: beste periode, standplaats & werkwijze

De Japanse esdoorn (Acer palmatum) is een struik of boom die geliefd is om zijn sierlijke uitstraling en kleurrijke bladeren. Heb je een Japanse esdoorn gekocht, dan is het belangrijk deze op de juiste manier te planten.
In dit artikel lees je alles over het kiezen van een geschikte standplaats, tot aan de beste periode en werkwijze bij aanplanten.
Wat is een geschikte standplaats voor de Japanse esdoorn?
Een Japanse esdoorn groeit bij voorkeur op een beschutte standplaats met half-schaduw. Deze plant kan zowel in volle grond als pot worden geplant. Enkele belangrijke toevoegingen voor het kiezen van een geschikte plek zijn:
Lichtbehoefte:
- Heeft voorkeur voor halfschaduw tot lichte schaduw.
- Vermijd de volle zon, want dit kan tot bladverbranding leiden.
- Roodbladige Acer soorten zijn extra gevoelig voor de zon.
Bodemvereisten:
- Voorkeur voor lichtzure grond
- Vochtige, goed doorlatende bodem
- Vermijd kleigrond, of verbeter dit grondtype door het te mengen met zand.
Beschutting:
- Bescherm tegen harde wind door een plek te kiezen naast een schutting of muur.
Wanneer een Japanse esdoorn planten?
Het aanplanten van de Japanse esdoorn is het hele jaar mogelijk, behalve als het vriest. De meest geschikte plantperiode is tussen oktober en maart. De plant is dan is rust en zal hierdoor minder gevoelig zijn voor stress door de verplaatsing. Het planten in deze periode zorgt ervoor dat de plant zich kan concentreren op wortelontwikkeling voordat het groeiseizoen in de lente begint.
Stappen om een Japanse esdoorn te planten?
Volg deze stappen om een Japanse esdoorn op de juiste wijze te planten:
- Kies een plek een standplaats met halfschaduw (bij voorkeur op een plek uit de wind) met voldoende groeiruimte.
- Graaf een plantgat dat iets dieper en twee keer zo breed is als de wortelkluit.
- Meng de uitgegraven grond met compost of turf.
- Haal de Japanse esdoorn voorzichtig uit de pot en plaats hem in het gat.
- Vul het gat met de de gemengde grond en druk het voorzichtig aan.
- Geef ruim water. Zorg dat de grond vochtig is, maar niet doorweekt.
